• Het gerenommeerde merk Setra uit Ulm viert zijn 70 jarig bestaan
• Snelle marktpenetratie dankzij het zelfdragende carrosserieontwerp
• Modulair principe voor het eerst gebruikt in de 10 modelserie
• Hoekige vormen met zachte rondingen in de 100-modelserie
• Cross-flow ventilatie voor het eerst in de 200 modelserie
• Onderscheidende designlijnen en integrale spiegels op de 300 modelserie
• Drie categorieën: TopClass, ComfortClass en MultiClass
• La Linea kenmerkt het ontwerp van de TopClass 400
• ComfortClass 500 met een vallende zijlijn aan de achterzijde

70 jaar Setra. Met in totaal zes modelseries in de afgelopen zeven decennia heeft het gerenommeerde merk uit Ulm regelmatig normen gesteld binnen de Europese busbouwindustrie en heeft het een beslissende invloed gehad op de ontwikkeling van de sector.
Het begon in 1951 toen de in Ulm gevestigde Kässbohrer-voertuigfabrieken de S 8 presenteerden en tegelijkertijd het merk zijn huidige naam gaven: Setra, een afkorting van “Selbsttragend”, het Duitse woord voor zelfdragende, in verwijzing naar de constructie van de bus. Deze eerste bus in serieproductie met een zelfdragende carrosserie, achtermotor en directe aandrijving naar de achteras werd gepresenteerd tijdens de International Motor Show (IAA) in Frankfurt.

Snelle marktpenetratie dankzij het zelfdragende carrosserieontwerp

De eerste Setra-bussen zorgden voor een hoge marktpenetratie mede door het zelfdragende ontwerpprincipe. De S 10 was het tweede Setra-model na de S 8 en het werd een heuse bestseller. De carrosserie van het voertuig was langer dan die van zijn voorganger met maximaal tien zitrijen en een grotere overhang aan de voorkant.

Modulair principe voor het eerst gebruikt in de 10 modelserie

Het eerste Setra modulaire systeem werd gelanceerd in 1959 en was toen volledig. Dankzij dit doordachte modulaire principe was het mogelijk om voertuigen bijzonder efficiënt te produceren. Op deze manier konden dagelijks vier bussen worden geproduceerd.

Hoekige vormen met zachte rondingen in de 100-modelserie

De overgang van de Setra 10 modelserie naar de 100 modelserie in 1967 betekende een verdere ontwikkeling in de industrialisatie van de busbouw. Alle negen modellen werden geproduceerd uit tal van gemeenschappelijke onderdelen.

Het uiterlijk van de bussen in de 100 modelserie werd gekenmerkt door een meer hoekige vorm, een hogere mate van comfort, een grotere passagiersruimte en grotere stahoogte.

Cross-flow ventilatie voor het eerst in de 200 modelserie

In 1976 werd de Setra 200 modelserie gelanceerd met zes verschillende modellen. De voertuigen van de derde Setra-generatie maakten indruk met een klassieke elegantie in de lijnen van het ontwerp, dat was gericht op zowel waardebehoud als bruikbaarheid. Zachte rondingen, vloeiende overgangen en duidelijke contouren voldeden aan de elementaire principes van voertuigontwerp. De bussen van de 200-modelserie hadden ook afzonderlijk functionerende ventilatie en verwarming voor de bestuurder en cockpit, waaronder intensief ontdooien van de voorruit.

Onderscheidende designlijnen en integrale spiegels op de 300 modelserie

1991 was het jaar waarin de 300 modelserie werd geïntroduceerd; de bus werd gelanceerd in Ulm na zes jaar van ontwikkeling. Een van de meest in het oog springende kenmerken van de nieuwe bussen was de kenmerkende designlijn achter het cockpitgebied en het volledig herontwikkelde integrale spiegelsysteem dat de modelserie zijn unieke “gezicht” gaf. De verwarmbare en van binnenuit verstelbare spiegels met geknikte spiegel-armen voorzagen de chauffeur van een uitstekend uitzicht langs beide zijden van de bus. Een ander belangrijk kenmerk was de cockpit met zijn ergonomische ontwerp waarin de belangrijkste individuele instrumenten in het primaire gezichtsveld van de bestuurder werden geplaatst.

Terwijl de touringcars van de 300 modelserie zich vestigden op de Europese busmarkt, werkten ontwikkelaars toe naar de marktintroductie van multifunctionele bussen voor lijn- en streekactiviteiten en excursies. Het principe van het moduleontwerp betekende dat drie verschillende busvarianten konden worden gebouwd op basis van slechts één model. Ze waren allemaal uitgerust met hetzelfde chassis en ophanging, maar hadden verschillende passagierscompartimenten.

Drie nieuwe categorieën: TopClass, ComfortClass en MultiClass

Vanaf de 300 modelseries werd het aanbod van bussen nu ingedeeld in drie categorieën – de TopClass, ComfortClass en MultiClass – om het overzicht van het modellengamma te vereenvoudigen.

La Linea kenmerkt het ontwerp van de TopClass 400

In 2001 introduceerde Setra de TopClass 400, die een nieuwe dimensie aankondigt in het ontwerp van touringcars, wat het reizen van de hoogste standaard voor zowel de bestuurder als passagiers garandeert. Het ontwerp werd gekenmerkt door de chroomkleurige designlijn die bekend staat als “La Linea”.

Het assortiment werd in 2004 uitgebreid met de ComfortClass 400 touringcars. En tot slot werden in september 2005 de streekbussen van de MultiClass 400-serie gelanceerd. De 400 modelserie omvatte in totaal meer dan 20 modellen.

ComfortClass 500 met een vallende zijlijn aan de achterzijde

De Setra ComfortClass 500 werd in 2012 gepresenteerd na een ontwikkelingsfase van vier jaar met uitgebreide tests. Het in Ulm gevestigde busmerk van Daimler AG heeft met deze visionaire modelserie benchmarks vastgesteld op het gebied van economische efficiëntie, kwaliteit, comfort en veiligheid. De nieuwe premium touringcars imponeren met een aerodynamisch geoptimaliseerd ontwerp dat is ontwikkeld tijdens een uitgebreid proces in de windtunnel. De elegante TopClass 500 voertuigen volgden in 2014.

S 531 DT dubbeldekker – het vlaggenschip van de TopClass 500

Het huidige vlaggenschip van het traditionele busmerk dat altijd heeft gestaan voor de grootst mogelijke individualiteit is de S 531 DT dubbeldekkerbus. De S 532 DT werd oorspronkelijk uitgebracht in 2019.